‘Het geestigst is Heerma van Voss in de passages over deze ‘dappere oudertjes’, wier huwelijksgehannes de verteller berustend, soms sardonisch, observeert. […] Weer terug in Perugia is de jeugdvriend spoorloos, en blijkt het vriendinnetje omgeven door meer mysterie dan hun korte relatie kan verdragen. Aldus samengevat bieden de vier maanden in Italië genoeg verwikkelingen voor een adolescente crisis, maar crisis is toch een te kernachtig begrip voor deze mistige roman. […] Zijn talent komt vooral tot uiting in de sfeer, grappige observaties, mooie zinnen.’ – Trouw