Recensie ZTTV; Nederlands Dagblad

Nederlands Dagblad
April 13, 2012 Friday

Mistroostige leegte bij Heerma van Voss

‘Het vliegtuig steeds heviger schommelend (…) Ik zou nadenken over mijn laatste woorden, die toch wel enigszins geestig of scherpzinnig moesten zijn. Anderen zouden nadenken over hun leven, of er iets bereikt was, of iets ‘af’ was. Xander en ik waren nog nauwelijks begonnen.’ Xander en Daniël zijn achttien als ze naar Italië vertrekken. Een vrij jaar nu hun diploma binnen is. Daan Heerma van Voss (1986) kiest in Zonder tijd te verliezen voor een opvallend jonger hoofdpersoon dan in zijn debuut Een zondagsman. Hierin kruipt hij in de veel oudere huid van psychiater Oscar van Bohemen. Nadat Oscars vrouw van de trap is gevallen, krijgt zijn leven een andere wending. Er was veel lof voor deze roman en unaniem was men onder de indruk van het feit dat zo’n jonge auteur zich zo goed kan inleven in de belevingswereld van een oudere man. Opnieuw levert Heerma van Voss knap werk af. Ondertussen is hij al weer een paar jaar ouder dan zijn hoofdpersoon Daniël, maar je merkt aan alles dat hij ook nu goed weet wat deze jongen beweegt. Omdat het dit keer deels autobiografisch is, zou het niet verbazen dat Daniel op zijn schepper lijkt. Ze komen beide in ieder geval nooit gedachten tekort. Gedachten die ook nog eens bewijzen dat melancholie en humor prima samen gaan. kleinigheden veranderen Voor Daniël geldt in ieder geval dat hij beter is in nadenken over het leven, dan in het leven te beleven. Dit geeft de auteur extra nadruk door Daniël tijdens de moord op Van Gogh in Italië te laten zijn, en een paar jaar later juist in Nederland, als er in Perugia een meisje wordt vermoord. Gebeurtenissen die slechts nieuwsfeiten zijn, in een fase van jongen naar man. Een uitspraak als: ‘We hadden alle tijd van de wereld’ past hierbij. Toch voel je van meet af aan dat er iets cynisch, zwaars aan deze belofte kleeft. Wat de titel van de roman versterkt. Voor de twee jeugdvrienden uit Amsterdam-Zuid is de onbevangenheid richting het leven misschien al verdwenen nadat Elsje, het zusje van Xander, stierf aan kanker. De auteur schrijft bewust kort over de impact van Elsjes dood ‘Alleen kleinigheden veranderen, zaken aan de oppervlakte.’ Daniël komt zelden meer bij Xander over de vloer. Xanders moeder ligt hele dagen op bed en kookt nauwelijks meer. Begrijpelijk dat het verlangen bij Xander om te reizen eerder toeneemt dan bij Daniël. Hij wil zijn afwezige vader achterna. Daniël blijkt zelf ook niet verwend met een harmonische thuissituatie. Zijn ouders, Felix en Gioia, zijn maar een raar stel. Ze bekvechten wat af en willen dan hun gelijk halen bij Daniël. De ruzies zijn even onzinnig als lachwekkend. In hun enorme boekenkast ‘stonden aantekeningen bij passages waarvan ze dachten dat deze de ander typeerden (…) Meestal weer uitgegumd door de ander die hier verontwaardigd niets in herkende’. ‘Ik gunde het God…’ In Perugia laat Daniël thuis eerst helemaal los. Samen met Xander vindt hij een kamer bij de stinkende, Deense Zweed Ole Hansson. De band tussen de vrienden, die uiterlijk sterk op elkaar lijken, verandert gaandeweg. Terwijl Daniël na een tijdje een studie Italiaans oppakt, blijft Xander steken in het nachtleven van drinken en aanlummelen. Tijdens zijn studie ontmoet Daan de donkere Sophie uit Zuid-Afrika, zijn eerste liefde. Zij lijkt de enige in de roman die nog een God nodig heeft, wanneer ze als in trance met bidsnoer en kruisje tot Hem bidt. Ze deelt haar God niet met Daniël en hij vraagt daar ook niet om. ‘Ik gunde het haar dat ze mij tijdelijk kon vergeten en ik gunde het God dat hij voor even mijn plaats mocht innemen.’ Sophie blijft net als Xander wat mysterieus, al neigt het naar vaag; je krijgt geen vat op beide personages. En ook Daniël lijkt hen, als het erop aankomt, niet echt te kennen, ondanks de belangrijke rol die ze in zijn leven spelen. Als lezer schuif je de behoefte om meer van Xander en Sophie te weten opzij, als je beseft dat het vooral om die onderlinge afhankelijkheid draait. Zonder tijd te verliezen gaat over vriendschap in de ruimste zin van het woord. Vriendschap die maar heel broos blijkt, wanneer Daniël terugkomt in Italië nadat hij voor de begrafenis van zijn opa even in Nederland was. Aan het verraad van Sophie en Xander besteedt de auteur opnieuw weinig woorden, slechts een paar vage beelden. Dat is knap, want er verandert wel degelijk iets. Bob Dylan, die meer dan vele anderen (o.a. Reve, Sartre en Coetzee) speels wordt aangehaald in de roman, zingt in Shelter from the storm over liefde en verraad. En over tijd, die niet meer terug te draaien is. Als je het boek dichtslaat zie je die twee jongens weer op de omslag van het boek. Boven op het dak van een auto kijken ze uit over een heldere zee. Al die bladzijden daartussen komen je dan extra mistroostig en wat leeg over. Alleen had je dat lang niet altijd in de gaten. Daarvoor schrijft Daan Heerma van Voss te goed.’